Groninger Kunstlievend Genootschap richt zich op verdieping en steun aan ‘mid-career’ kunstenaars. Historisch pand wordt gerenoveerd.

Het Kunstlievend Genootschap Pictura uit Groningen vaart een nieuwe koers. In het verleden werd het expositiebeleid van de tentoonstellingsruimte vaak bepaald door het toeval: Pictura bood ruimte aan kunstenaars die zichzelf aandienden en tegen vergoeding konden exposeren. In een tijd waarin de overheid terecht steeds meer pleit voor ‘fair pay’, een fatsoenlijke betaling van beeldend kunstenaars, vindt het bestuur deze aanpak achterhaald. Sinds kort stippelt Pictura zelf een expositiebeleid uit en het ligt in de bedoeling om exposerende kunstenaars in de toekomst een vergoeding te bieden. Daarnaast blijft Pictura een plek waar exposanten hun werk kunnen verkopen, waarbij Pictura, een stichting zonder winstoogmerk, een voor de kunstmarkt lage courtage vraagt.

Bij de keuze van exposerende kunstenaars gaat Pictura nadrukkelijk kiezen voor zogenaamde mid-career kunstenaars. Wat oudere kunstenaars die niet meer in aanmerking komen voor startstipendia en -beurzen, maar zich wel degelijk nog artistiek ontwikkelen. Voor hen zijn, met de kaalslag in galerieland, maar weinig podia die ruimte bieden voor een uitgebreide presentatie van hun werk. De focus van Pictura blijft daarbij gericht op noordelijke kunstenaars en er blijft elk jaar ook ruimte voor de Groninger beeldende kunsthistorie en een jong talent.

Een tweede speerpunt in het nieuwe beleid is het streven naar verdieping. Pictura wil niet alleen beeldende kunst tonen, maar ook het gesprek daarover stimuleren. Een eerste aanzet werd daartoe vorig jaar gegeven tijdens de tentoonstelling La Primavera, een Italiaanse lente in Groningen. Die tentoonstelling werd begeleid door een goed bezocht programma met concerten en lezingen.

Ook het bevorderen van het onderlinge contact tussen kunstenaars wordt een onderdeel van het beleid. Daarvoor gaat onder meer een regelmatig terugkerende salon georganiseerd worden.

Om haar doelstellingen te realiseren is het noodzakelijk dat het historische onderkomen van Pictura wordt aangepakt. Allereerst wordt de brandveiligheid vergroot, waardoor ook het maximale aantal bezoekers verdubbeld kan worden. Ook wordt het pand, een rijksmonument, verduurzaamd. Verder komt er een bescheiden horecavoorziening, die overigens uitsluitend gericht is op bezoekers van Pictura.

De renovatie wordt voor een belangrijk deel uit eigen middelen gefinancierd, aangevuld met monumentensubsidies. Voor het fair pay-beleid en de verbreding van het programma doet Pictura ook een beroep op gemeentelijke en provinciale subsidie.